Hoe zorgen we dat kinderen daadwerkelijk kind kunnen zijn? Op school, op de buitenschoolse opvang, in de speeltuin, in een natuurgebied? Want bedenken we als volwassen begeleiders niet vaak te veel de spelletjes die kinderen moeten doen en vooral hoe ze dat moeten doen?
Eigen inbreng van kinderen
Bij een vakantieweek van een natuurspeeltuin zag ik bijvoorbeeld dat het aanbod nogal gesloten was. Eén van de activiteiten was dat kinderen een boodschap schreven en een tekening maakten bij een wensboom met plankjes. Echt hartstikke leuk hoor. Maar eigen inbreng van kinderen was er niet.
Vrije expressie
Omdat ik vaker nadenk over vrije expressie probeerde ik het anders aan te pakken. Zelf was ik ‘de toverdokter’. Op een picknicktafel in een matig onderhouden kruiden- en fruittuin (dat zijn de beste!) had ik een tiental handpoppen neergelegd van dieren en een boel bekers en kommetjes neergezet met verschillende kruiden en vruchten daarin. En niet te vergeten een koperen toverketel, een emmer water en een paar goedkope vijzels. Vervolgens ging ik als rare heks het terrein over met een muis die jeuk had aan z’n snorharen. De kinderen wilden het allemaal wel eens meemaken. Nadat ze voor hun eigen dier hadden bedacht wat het beest mankeerde, kon het feest beginnen. Toverdrank maken! Hierin mochten ze helemaal los gaan. En dat deden ze ook. Al snel ontdekten ze eetbare appelbessen, bramen, munt, oregano, citroenmelisse. Er stond genoeg.
Probeer kinderen niet te veel te beïnvloeden
Een paar jongens van een jaar of 5, 6 hielden zich bezig met het uit de grond trekken van springbalsemien (moest er toch uit) en vijf meisjes van een jaar of 9 wilden een serieuze zaak maken van bessen- en bramensap en dat over het terrein gaan verdelen. Niet dat dat echt vorderingen maakte en het smaakte ook niet echt lekker, maar dat maakte helemaal niks uit. Letterlijk uren waren ze ermee bezig.
Andere kinderen gingen weer aan de haal met de handpoppen. Er werden spalkjes gemaakt voor gebroken pootjes. De vleugels van de kraai verdwenen in een rol elastiekjes (dat was gips…). Ik kwam regelmatig een kijkje nemen en als heks moest ik dan telkens wel wat bekijken of proeven. Maar ik probeerde zo ‘lui’ mogelijk te zijn. Je moet de kinderen natuurlijk niet willen beïnvloeden als ze lekker bezig zijn!
Creëer een rijke speelomgeving
Wat mij terugbrengt naar mijn vraag in de intro: hoe laat je een kind nog kind zijn? Het antwoord: door een hele rijke speelomgeving te creëren! Daarin is de locatie belangrijk (een tuin die wel een stootje kan hebben), de context (de tover-/kruiden-/knuffeldokter is absoluut een sterke), aansprekend en kwalitatief goed materiaal dat een stootje kan hebben (de handpoppen van Folkmanis, de koperen ketel van de rommelmarkt, de spotgoedkope plastic kommetjes van de Hema) en vooral vrije, relaxte en een tikkeltje ‘luie’ begeleiders. Die vooral niet te veel doen, maar wel aandacht hebben voor de kinderen en zo mogelijk iets extra’s kunnen inbrengen.
Dat is alles, beste ouders, leerkrachten, pedagogisch medewerkers en alle anderen die kinderen begeleiden. Meer fun? Boek ons op www.natuuriseenfeest.nl.