De klant is koning, maar zijn dit binnen de babyopvang nou de ouders of de baby’s? Als we de baby’s op nummer 1 zetten en echt vanuit hun belang handelen, dan hebben ook ouders er profijt van (en de kinderopvang zelf!). In dit blog geven we je inzicht en praktische tips voor hoe we de babyopvang in kwaliteit kunnen verbeteren door de wenperiode anders in te richten.
Oppascentrale
Natuurlijk weten we dat kwalitatief goede kinderopvang van ontzettend grote meerwaarde is voor de ontwikkeling van kinderen. Uiteraard is het dan wel belangrijk dat we uitgaan van het belang van het kind. Dat betekent dat we een kindgerichte benadering hebben en uitgaan van de rechten van het kind, dus ook van baby’s. Toch is het nog heel vaak zo dat in de praktijk de kinderopvang als oppascentrale ingezet wordt en we uitgaan van het belang van ouders. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen of het goed is dat een baby al vanaf 10 weken, 5 dagen in de week van 7:30 tot 18.30 uur naar de opvang gebracht zou kunnen worden. Is dit in het belang van baby’s, van ouders, of zelfs van de werkgevers? Iedereen weet intuïtief (en het blijkt ook uit onderzoek) dat hier het antwoord ‘nee’ op is. Maar niet getreurd, want we kunnen als kinderopvang zelf ook het een en ander veranderen om van oppascentrale te veranderen in een ontwikkelingsplek voor baby’s.
Gebruiksaanwijzing voor baby’s
Het kost ouders logischerwijs vaak tijd en aandacht, om de gebruiksaanwijzing van hun baby’tje te ontdekken. Het duurt vaak even voordat ouders aanvoelen hoe ze sensitief op de specifieke signalen van hun baby kunnen reageren. Als ouders hun kroost dan naar het kinderdagverblijf brengt, kan er nog veel beter gebruik gemaakt worden van deze kennis en kunde.
Stress-baby
Daarnaast blijkt dat als moeders sensitief goede zorgen bieden, de stress van hun baby’s op het kinderdagverblijf hoger is. Dat klinkt vreemd, maar dit is eigenlijk heel logisch. Baby’s zijn namelijk gewend aan de liefdevolle aandacht, die ervoor zorgt dat ze hun stress leren reguleren. Deze aandacht krijgen ze vaak niet in die mate op het kinderdagverblijf. “Pleun huilt altijd zoveel, die is thuis ook gewend om altijd getild te worden.” Vaak wordt dan de conclusie getrokken dat de liefdevolle zorg die ouders bieden, niet geboden kan worden op de groep. Maar is dit niet een te snelle conclusie?
Wenperiode
We kunnen veel beter gebruik maken van de gebruiksaanwijzing die ouders hebben ontdekt door de wenperiode op een andere manier te benutten. Over het algemeen worden er 2 tot 3 wenmomenten afgesproken, waarbij ouders eigenlijk nauwelijks op de groep zijn. Wat zou er gebeuren als je ouders echt mee laat lopen? Uit ervaring weten we dat dit voor veel meer rust zorgt bij ouders zelf, want ze hoeven hun kindje niet opeens achter te laten. Het vermindert dus de onzekerheid en stress (wat funest is voor de baby’s) bij ouders.
De pm’ers op de groep kunnen daarbij de ouders ook nog eens op het moment zelf, tips geven hoe ze hun baby thuis vast kunnen helpen met het wennen op een kinderdagverblijf. De baby wordt er ook rustiger van, want de overgang van thuis naar de opvang is veel minder groot. Een groot voordeel is dat de pm’ers kunnen leren van de signalen die ouders oppikken van hun baby en hoe ze hier op inspelen. Ze kunnen de ouder observeren en bevragen, en zo gebruik maken van de kennis en kunde die ze hebben over hun baby. We horen je bijna denken: ‘Maar hier hebben ouders geen tijd voor.’ Vanuit hier komen we weer op het punt: zijn de ouders koning of is de baby koning? Hoe krachtig sta jij als kinderopvangorganisatie als je in theorie en praktijk het belang van baby’s echt vooropstelt!