‘Moeten Nederlandse kindjes ook naar logopedie?’ Au. Een jongen van zes – een echte denker – vroeg me dit een paar weken geleden, toen ik tijdens de behandeling even opstond om een boekje te pakken. Ik schrok ervan. Denkt hij echt dat alleen Turkse, Marokkaanse, meertalige kinderen extra taalhulp nodig hebben? Ik antwoordde snel: ‘Oh zoveel’.
Want taalproblemen en taalontwikkelingsstoornissen zijn er in alle talen. Ik help alleen niet met het Turks of Arabisch, alleen met het Nederlands. Ook bij juffen, meesters en pedagogisch medewerkers bestaat soms het beeld dat als een kind niet goed in Nederlands is het naar logopedie moet.
Sommige kleuters maken pas in groep 1 echt kennis met Nederlands, omdat ze daarvoor een andere taal gebruikten. Dan moet het Nederlands in sneltreinvaart bijtrekken maar dat is geen taalstoornis. Mijn idee: dompel deze kinderen onder in een rijk, flink schuimend taalbad. Op school, bij de opvang, samen met ouders.
Vooroordelen
Over meertaligheid bestaan vooroordelen, stilzwijgend of open. Vooroordelen waar we misschien niet écht over hebben nagedacht. Zo kreeg ik van een school het verzoek om twee expat-ouders duidelijk te maken dat het voor hun zoon heel belangrijk is om thuis zoveel mogelijk Nederlands te spreken. Wat als die mensen maar een handjevol van onze taal begrijpen, laat staan kunnen gebruiken? Rare vraag. Nederlands léren en thuis-momenten met Nederlands creëren (dat rijmt), daar kan ik inkomen. Samen naar de bieb voor Nederlandse boekjes, dat kunnen we allemaal, kleine moeite. Maar een sterke basis in de moedertaal, dat is essentieel.
Wat betekent een vooroordeel voor kinderen?
De denker uit het eerste voorbeeld ben ik dankbaar voor het mij laten stilstaan bij wat een vooroordeel voor kinderen betekent. Hij die al jaren elke week uit de klas wordt gehaald om naar logopedie te gaan. Een denker blijft hij, met elke week bijzondere vragen. Bijvoorbeeld over waar bizons vandaan komen en waarom ik niet gewoon op mijn werk woon.